Gevonden door de heer S.H. Brouwer te Noordbroek in de tuin van mevr. Van der Molen-Stelmaker aldaar rond 1870 en door Brouwer rond 1890 in de handel gebracht. Dit ras werd Zoete Kroon genoemd om het te onderscheiden van een ander Gronings ras, de Groninger Kroon, dat ook wel Zure Kroon werd genoemd. Dit ras werd hoofdzakelijk in Groningen en wat in Noord-Holland geteeld. De Zoete Kroon is later opgekomen en ook weer later afgevoerd dan de Zoete Ermgaard, namelijk in 1975, maar de vrucht is kwalitatief iets minder dan de Zoete Ermgaard. De appel is genoemd naar de vrouw van de heer Brouwer, Jantje Kroon. Ook de Groninger Kroon is naar haar genoemd
De boom groeit tamelijk/matig sterk en vormt een vrij grote, dichte boom.
De boom draagt tamelijk vroeg, regelmatig en goed. Heeft soms beurtjaren. Is voor een zoete appel zeer productief. De vrucht is tamelijk klein, vooral die van oudere bomen, die zeer gemakkelijk afvallen Tot in december kunnen de vruchten bewaart worden, in koelhuis nog wat langer tot half februari. Zoete Kroon is in het zuiden van Nederland, in tegenstelling tot het noorden, slecht bewaarbaar en is dus daar een herfstappel. De middelmaat en grotere vruchten bewaren het best.
Er is sprake van dichte groei, daarom is geregeld uitdunning noodzakelijk. Zorg vooral voor een open kroon. De boom moet gedund worden, met het doel beter ontwikkelde vruchten, voorkomen van beurtjaren, behoud van de boomvorm, zelfs op oudere leeftijd. Bij niet dunnen blijven vruchten te klein.
Herkomst |
Nederland |
Ouderdom |
1870 |
Synoniemen |
Zoete Winterkroon |
Aanplant |
2008 |
Boom |
Vormt een vrij grote, dichte boom |
Gebruik |
Hand- en kookappel. Geschikt voor hete bliksem |
Bloeitijd |
April |
Bloem |
Wit |
Bestuiver |
Sterappel, Brabantse Bellefleur |
Plukrijp |
September |
Gebruikstijd |
September - januari |
Bewaren |
Tot december, in koelhuis tot half februari. |
Vrucht |
Tamelijk kleine vrucht |
Kleur |
Geelgroen |
Vruchtvlees |
Zoet, geelwit vruchtvlees dat vaak glazig is |
Kelk |
Naar elkaar toegebogen |
Steel |
Kort, houterig |
Klokhuis |
|
|